Pilot Vektis: Zorgverzekeraars stellen data beschikbaar voor betere hartzorg


In de zorg worden medische handelingen uitgebreid geregistreerd, zoals in de cardiologie binnen de Nederlandse Hart Registratie (NHR). Dat geeft administratieve lastendruk, maar er zit ook een positieve kant aan. Het levert een schat aan data. Om zonder extra werk nog meer inzicht te krijgen, wordt ook gekeken naar informatie uit andere databronnen.

Op initiatief van de NHR is een pilot gestart met de registratiecommissie PCI en Zorgverzekeraars Nederland (ZN). Doel van de pilot: kijken hoe declaratiedata uit het declaratiesysteem Vektis gebruikt kan worden voor het bewaken en bevorderen van de kwaliteit van de hartzorg.  

NHR pilot met brede samenwerking

Binnen het primaire proces innovatie onderzoekt de Nederlandse Hart Registratie onder andere hoe slimme samenwerkingen nieuwe inzichten over behandelingen kunnen geven zónder extra administratieve lasten. Deze pilot is daar onderdeel van. Om te zorgen voor inbreng van verschillende perspectieven, juiste interpretatie en afstemming met de verschillende stakeholders heeft de NHR de samenwerking gezocht met verschillende partners:

  • Zo is de NHR registratiecommissie PCI gevraagd om vanuit medisch perspectief regie te nemen en heeft deze commissie de kwaliteitsindicatoren ontwikkeld en gevalideerd. Daarnaast heeft de commissie de resultaten geduid en initiatief genomen voor verbeterprojecten.
  • Ook is de samenwerking gezocht met Zorgverzekeraars Nederland (ZN). Zij hebben de verdere afstemming met zorgverzekeraars op zich genomen, dit onder andere zodat het gebruik van de indicatoren voor nu beperkt blijft tot de pilot en bespreking in de registratiecommissie. ZN heeft gezorgd voor de coördinatie met Vektis , inclusief de interpretatie van declaratiedata.
  • Na mandaat van verzekeraars heeft Vektis de data-analyses uitgevoerd voor de ontwikkeling kwaliteitsindicatoren & de doorrekening daarvan. Vanuit deze expertise heeft Vektis ook de juiste interpretatie van deze declaratiedata begeleid.

Deze partners werken samen aan een wetenschappelijk artikel over deze pilot, met verwachte publicatie in 2023. Wilt u hiervan op de hoogte blijven? Schrijf u dan in voor de nieuwsbrief van de NHR of volg ons op LinkedIn.

'Dit gaat ons waardevolle informatie geven.'

Cyril Camaro - Cardioloog Radboudumc & lid NHR registratiecommissie PCI

Net zoals al zijn collega’s houdt cardioloog Cyril Camaro (Cardioloog Radboudumc & lid NHR registratiecommissie PCI) nauwgezet bij welke interventies hij bij welke patiënt heeft verricht. Toch is die informatie niet (altijd) voldoende om harde conclusies te kunnen trekken over de doelmatigheid van een behandeling, zegt hij. ‘Als ik een patiënt medicijnen wil voorschrijven, bijvoorbeeld een bloedverdunner, mag ik er niet zomaar van uitgaan dat hij die medicijnen ook daadwerkelijk heeft gebruikt. Het komt namelijk nogal eens voor dat een patiënt het voorgeschreven medicijn niet ophaalt – wat uiteraard van invloed kan zijn op het herstel.’ Kortom: Camaro en zijn collega’s kunnen niet bij alle data die nodig zijn om te kunnen bepalen of een behandeling succesvol was. Zorgverzekeraars hebben die toegang wél, aldus Jan Reitsma van Zorgverzekeraars Nederland. ‘Wij ontvangen immers de declaraties van de apotheken.’

Inzicht
Wat zou er gebeuren als de zorgverzekeraars en medici hun data en kennis zouden delen? Weg schotten, samen aan de slag voor betere zorg. En dus werd in januari 2021 vanuit de NHR registratiecommissie PCI een pilot gestart. Doel: gezamenlijk onderzoeken of het mogelijk is om de declaratiegegevens zoals de zorgverzekeraar deze heeft, te benutten voor het verbeteren van kwaliteit van zorg.

Cyril: ‘Alle interventiecentra zijn aangesloten bij de PCI registratiecommissie. In deze registratiecommissie worden kwaliteitsindicatoren rondom de dotterbehandelingen vastgesteld en besproken. De uitkomsten van deze indicatoren zijn transparant en zo kan elke centrum met elkaar good practices delen. Samen verbeteren we de kwaliteit van het zorgproces rondom de dotterbehandelingen in Nederland.’

Elkaar aanvullen
Dat medici – cardiologen in dit geval – en zorgverzekeraars innig samenwerken is niet vanzelfsprekend. Cyril: ‘Voor aanvang was er bij ons ook wel wat scepsis. Geven we de zorgverzekeraars dan inzicht in onze behandelingen en de medicatie die we voorschrijven, vroegen sommigen zich af. Maar die scepsis is weg. We zijn transparant naar elkaar vanuit de overtuiging dat we door samen te werken betere zorg kunnen leveren. Ik ben ervan overtuigd dat de expertise die Vektis in huis heeft op het gebied van data-analyse goud waard is.’ Jan denkt dat de zorgverzekeraars en de medici elkaar goed kunnen aanvullen. ‘Wij als verzekeraars hebben heel veel declaratiedata in huis én analisten die die data goed kunnen analyseren en interpreteren. Maar de inhoudelijke kennis zit vooral bij de medici. Als we onze kennis bundelen krijgen we betere zorg.’

Publicatie in voorbereiding
Hoge klippen en nauwelijks te nemen obstakels kwam het tweetal onderweg niet tegen. Jan: ‘Wel vereist de privacyregelgeving veel zorgvuldigheid. De resultaten mogen immers niet herleidbaar zijn tot individuele patiënten. Met goede gezamenlijke voorbereiding hebben we toestemming gekregen om op het geaggregeerde niveau van de zorgaanbieders informatie uit te wisselen. Zo kunnen we toch samen de zorgaanbieders helpen aan nieuwe inzichten.’

De aanvankelijke planning bleek achteraf wat te optimistisch. ‘We wilden zorgvuldig zijn en komen tot indicatoren die echt bruikbaar zijn. Dat lukt niet in een jaar.’ Cyril: ‘Maar we hebben nu wél drie indicatoren die waardevol zijn: medicatiegebruik, ligdagen na een hartinfarct tot aan behandeling en tot slot heropname na een dotterbehandeling. Met de eerste twee zijn we behoorlijk ver. Bij de heropname speelt dat de registratiecommissie de resultaten niet altijd herkent. Dat kan erop duiden dat de methode die we toepassen nog verder moet worden doorontwikkeld.

Of de benutting van de geregistreerde data leidt tot lagere zorgkosten is voor Jan geen halszaak. ‘Kostenbesparing was niet het primaire doel van deze pilot. We willen komen tot betere zorg door bestaande data optimaal  te benutten. Het ziet ernaar uit dat we daarin geslaagd zijn.’ Cyril vond het een leerzame ervaring. ‘Natuurlijk wisten we dat patiënten niet altijd de voorgeschreven medicijnen innemen, maar ik realiseerde me niet echt dat patiënten medicijnen soms niet eens ophalen. Daarom vraag ik voortaan nadrukkelijker of de patiënt in staat is de medicatie op te halen. Heeft hij een auto en een rijbewijs? Heeft hij geld voor een bus- of taxirit? Is het beter om de medicatie bij deze patiënt thuis te laten bezorgen? Verdraagt hij de bijwerkingen? Er zit een hele logistiek achter het medicijngebruik. Het is goed als medici zich daarvan bewust zijn.’

Cyril hoopt dat de pilot zal leiden tot een vaste kwaliteitsindicator binnen de NHR registratie. ‘Eentje die door de hele registratiecommissie wordt gedragen en waar we jaren mee vooruit kunnen. Dat zou een prachtig resultaat zijn. Verder denk ik dat we nu vaker en sneller gezamenlijk op zoek kunnen naar nieuwe relevante indicatoren nu we elkaar gevonden hebben.’ Jan: ‘Het gaat er uiteindelijk om dat de patiënt er wat van merkt. Ik ben blij dat we artsen kunnen helpen met data, zodat ze kunnen leren en hun behandeling kunnen verbeteren. Dat is in dit project gelukt en het smaakt naar meer.’

Bredere toepassing

Vanuit de NHR is Dr. Marijke Timmermans betrokken bij de pilot. Zij is blij met de opgedane ervaring: Hoewel de rapportage nog wordt afgerond, laat de pilot zien dat door slimme samenwerkingen nieuwe inzichten over behandelingen te krijgen zijn zonder extra administratieve lasten. Ze hoopt dan ook dat deze pilot aanleiding geeft om ook bij andere NHR registraties te kijken naar de mogelijkheden van gebruik van data van zorgverzekeraars. Ook voor bijvoorbeeld bypass operaties, de implantatie van een pacemaker, transkatheter of operatieve aortaklep-vervangingen kan de aanvullende data van toegevoegde waarde zijn. Voor deze volgende stap worden ook de wetenschappelijke verenigingen NVVC & NVT betrokken bij het proces, naast de ziekenhuizen zelf zoals vertegenwoordigd in de registratiecommissies.